Weerbaarheid in lezen

Wat zorgt ervoor dat een kind dat moeite heeft met lezen uiteindelijk tóch kan meekomen met de groep? Wat bepaalt de weerbaarheid van het kind, zodat het wél tot functionele geletterdheid komt? Welke beschermende en bevorderende factoren spelen daarbij een rol? En wat kan je hier als professional mee? WARD (Wetenschappelijke Adviesraad Dyslexie)-lid Sietske van Viersen gaat erover in gesprek met Mariska van der Vliet-de Keizer, regiebehandelaar bij 1801 jeugd & onderwijsadvies.

Onderzoek met positieve invalshoek

Sietske werkt als universitair docent aan Universiteit Utrecht. Hier leidt ze het meerjarige onderzoeksproject Op weg naar Weerbaarheid in Lezen (WiL). Sietske: "Uit eerder onderzoek weten we al een heleboel over (cognitieve) risicofactoren bij kinderen met lees- en/of spellingproblemen. Ons project heeft een ander vertrekpunt en kijkt ook naar positieve kanten in de ontwikkeling. We willen graag weten welke beschermende en bevorderende factoren een rol spelen. Welke vaardigheden en omstandigheden dragen bij aan de weerbaarheid van kinderen en welke vaardigheden dragen bij aan het voorkomen of onnodig voortduren van ernstige lees- en/of spellingproblemen? De meeste interventies zijn gericht op het wegwerken van tekorten. Wij hebben de ambitie om breder te kijken en uiteindelijk praktische handvatten te ontwikkelen die de weerbaarheid van kinderen vergroten en bijdragen aan het voorkomen of verminderen van (de impact van) lees- en/of spellingproblemen."

Beschermende en bevorderende factoren

WiL is in 2022 van start gegaan met een kwalitatieve analyse van relevante onderzoeken naar factoren en omstandigheden die bijdragen aan veerkracht in de ontwikkeling van geletterdheid. Uiteindelijk waren slechts 22 onderzoeken geschikt om te analyseren. De meeste van deze studies hadden een (zeer) kleine steekproefomvang of analyses gingen niet ver genoeg om bevorderende en beschermende factoren van elkaar te kunnen onderscheiden. De focus in de onderzoeken lag meestal op woordlezen en zelden op tekstleesvloeiendheid of begrijpend lezen. Toch gaf de analyse een bescheiden inzicht in beschermende factoren die zwakke lezers kunnen helpen om beter te presteren dan verwacht: een hoge benoemsnelheid, goede verwerkingssnelheid, grote woordenschat, betere zelfregulatie en meer taakgericht gedrag. Sietske legt uit dat ook interpersoonlijke factoren een rol spelen: "Dan hebben we het bijvoorbeeld over de interactie tussen leerkracht en leerling en tussen leerlingen onderling. Als je daarin de juiste dingen doet, kan dat ook positief bijdragen aan het leren lezen. Dat zijn dus zaken waar je invloed op hebt."

Open mind

Mariska reageert: "Ik herken wat je zegt. Wij zien trouwens dat het ook een rol speelt in hoeverre het kind open staat voor aanwijzingen. Sommige kinderen durven moeilijk los te laten en houden erg vast aan wat ze gewend zijn. Andere kinderen durven wél te proberen wat de behandelaar aandraagt. Als ze dan merken dat dat werkt, zie je dat ze zich makkelijker kunnen ontwikkelen. Als je ouders en leerkracht ook kunt meenemen in het gedrag dat je aan het aanleren bent, is de kans groter dat het kind het werkelijk gaat doen."

Investeer in woordenschat en kennis van de wereld

Biedt Sietskes analyse ook aanknopingspunten voor scholen en dyslexiebehandelaars? Voor het huidige project is dat helaas nog te vroeg, legt Sietske uit. "Uit eerdere studies kwamen wel aanknopingspunten naar voren. Bijvoorbeeld dat het heel helpend is om te investeren in kennis van de wereld en woordenschat. Dat werkt bij alle kinderen, maar zeker bij kinderen die een risico hebben op het ontwikkelen van lees- en/of spellingproblemen of dyslexie."
Mariska reageert: "Aan die woordenschat besteden wij ook aandacht in de behandeling. De behandelaar richt zich zeker niet alleen op het technische aspect en het sec lezen van woordjes, maar zal ook zeker vragen: weet je wat alle woordjes betekenen? Zo niet, dan zal ze de betekenis uitleggen of bijvoorbeeld samen met het kind een plaatje opzoeken op internet."
Sietske: "Het is mooi dat je dan ook bezig bent om ze iets te leren wat niet op voorhand extra moeilijk voor ze is. Want het leren lezen kost deze kinderen heel veel moeite, maar de betekenis van woorden leren lukt doorgaans wel."
Mariska vindt dat daar ook een stukje uitleg richting ouders en leerkrachten bij hoort, over hoe ze kunnen signaleren dat het kind bepaalde woorden niet begrijpt. "Door ze bewust te maken van hun eigen rol, kun je het effect vergroten. Maar los daarvan stimuleren we kinderen om zelf verantwoordelijkheid te nemen en om de betekenis op te zoeken van woorden die ze niet kennen. Niet alleen op internet, maar ook in een (plaatjes)woordenboek."

Meer informatie

  • Lees het gehele interview op de site van het NKD (Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie)
  • Bekijk de website van het onderzoeksproject Op weg naar Weerbaarheid in Lezen (WiL).
  • Meedoen met het onderzoek? WiL komt graag in contact met leerlingen met (een vermoeden van) dyslexie uit groep 5-7. Fijn als je daarbij wilt helpen! WiL maakte een kleine poster die je zelf kunt printen om bijvoorbeeld op te hangen in de praktijk of mee te geven aan ouders.

 

Ga naar de Kennisbank

Heb je een vraag? Neem dan contact met ons op.