Straatcultuur in de klas
De dynamiek in klaslokalen is de afgelopen jaren aanzienlijk veranderd door een groeiende diversiteit onder leerlingen. Naast culturele verschillen worden leraren steeds vaker geconfronteerd met leerlingen die de normen en waarden van de straatcultuur (lees ook voetbal-, yuppen- en dorpscultuur) omarmen. Deze leerlingen benaderen het gezag soms met weerstand en minachting, waardoor een relatie opbouwen een uitdaging kan zijn. Hoe kunnen jij en je team beter inspelen op deze doelgroep?
Niek Peereboom, onderwijsadviseur bij 1801, legt uit:
“De invloed van straatcultuur beperkt zich niet langer tot grote steden als Amsterdam en Rotterdam, maar strekt zich uit naar omliggende steden en dorpen. In klaslokalen waar nog traditioneel (vanuit de macht) wordt lesgegeven, botsen de normen van de straatcultuur met die van het onderwijs. Het simpelweg berispen van brutaal gedrag kan als olie op het vuur werken.
Bewustwording
Er zijn twee belangrijke theoretische benaderingen om met straatcultuur om te gaan: de 'transformatieve school' van Iliass El Hadioui en de ‘karate- of judoaanpak’ van Hans Kaldenbach. Beide benaderingen zijn gebaseerd op bekende sociologische theorieën en passen deze toe op de straatcultuur. Ze stellen dat het gedrag van leerlingen uit de straatcultuur, zoals agressie, onderbreken, schelden en het vermijden van het toegeven van je fouten, voortkomt uit diepere oorzaken. Het is van essentieel belang dat leraren zich hiervan bewust worden en een andere aanpak hanteren dan ze gewend zijn.
Correcties één op één
Eén van de kerngedachten van deze theorieën is dat de traditionele rol van leraar, gekenmerkt door autoriteit, aan het veranderen is. Jongeren, vooral die uit de straatcultuur, zijn vaak resistent tegen autoriteit. Daarom is het verstandig dat leraren minder sturend zijn en meer autonomie aan de leerlingen geven, gebaseerd op wederzijds respect en vanuit de relatie. Een praktisch voorbeeld is om leerlingen niet meer klassikaal te corrigeren zoals “Hé leerling x, nu is het afgelopen, ik heb je al zo vaak gewaarschuwd”, omdat leerlingen uit de straatcultuur kritiek in de klas vaak als publiekelijke schande ervaren. Het is effectiever om leerlingen in dat geval één op één aan te spreken. Het geven van complimenten moet daarentegen juist in de klas gebeuren, omdat dit positief gedrag beloont.
Drie werelden, drie ladders
Leerlingen uit de straatcultuur bewegen zich in drie verschillende werelden: de straat, thuis en school. Deze werelden worden vaak gezien als een ladder. Als ze dezelfde eigenschappen meenemen naar school als die ze in de straatcultuur vertonen, bevinden ze zich onderaan de ladder van de schoolcultuur. Om hun status te handhaven, vertonen ze vaak machogedrag, onder andere door respect af te dwingen van hun leeftijdsgenoten. Hierdoor klimmen ze op de ladder van de straatcultuur.
Switching klimmen
Een belangrijke strategie om met deze uitdaging om te gaan, is om leerlingen bewust te maken van de onzichtbare sociale codes en hen uit te leggen waarom bepaalde gedragsregels op school belangrijk zijn. Dit proces wordt ‘switching klimmen’ genoemd, waarbij leerlingen leren zich aan te passen aan de eisen van de schoolomgeving zonder hun eigen identiteit te verliezen.
Opbouwen van relaties
Deze benadering is niet alleen van toepassing op de straatcultuur, maar kan ook gebruikt worden bij andere culturele conflicten in de klas. Denk aan leerlingen uit de voetbal-, yuppen- of dorpse cultuur. Het is essentieel dat leraren begrijpen hoe verschillende culturele ladders de groepsdynamiek beïnvloeden en hoe ze effectief kunnen optreden om een positieve leeromgeving te bevorderen.
Het draait allemaal om transformatief handelen en het opbouwen van relaties gebaseerd op respect en begrip in plaats van macht. Doordat leraren begrijpen waar het gedrag vandaan komt, kunnen zij adequater en bewuster inspelen op het uitdagende gedrag dat deze leerlingen laten zien vanuit de relatie met de leerlingen.